Table for the 2 triples with object "Op het gezicht van de laatste voorzitter van de Raad was de verbazing te lezen toen hij maandagavond in onze aanwezigheid de balans opmaakte van het Portugese voorzitterschap: "Premier Antonio Guterres heeft laten weten dat we moeten waken voor intergouvernementele excessen. Het debat over het federale Europa, dat zojuist van start is gegaan, dient in zijn totaliteit te worden gevoerd". Is het niet tegenstrijdig dat de vertegenwoordiger van de lidstaten het gevaar van "intergouvernementele excessen" van de Europese Unie aan de kaak stelt? De paradox is des te opvallender omdat vrijwel iedereen heeft kunnen aanschouwen dat de federale formules de Unie naar een impasse voeren. Dit geldt in het bijzonder voor het laatste federale plan met betrekking tot de versterkte samenwerking. Men denkt de onoverbrugbare kloof tussen federalisme en uitbreiding te kunnen dichten met het wondermiddel van de versterkte samenwerking. Gedurende het gehele Portugese voorzitterschap is er voortdurend over deze vorm van samenwerking gesproken. Zelfs president Chirac sprak erover, hier in dit Parlement. Hij presenteerde de versterkte samenwerking als een soort universele oplossing met een "voorhoede" van "pionierstaten" die de koers zouden moeten aangeven. Ik wil hierbij overigens opmerken dat begrippen als "voorhoede", die hier in de context van het Europese federalisme gebruikt worden, ook vroeger veelvuldig werden toegepast, maar dan in een geheel andere ideologische context. Door op lyrische wijze dergelijke ideologische formules naar voren te brengen, verhult men de daadwerkelijke gevaren die ontstaan als het beginsel van de gekwalificeerde meerderheid wordt gegeneraliseerd en dus de unanimiteitsregel wordt uitgeschakeld. De kleine en middelgrote lidstaten stellen de versterkte samenwerking terecht aan de kaak omdat ze vinden dat deze vorm van samenwerking afbreuk doet aan hun waardigheid. Soevereiniteit staat immers garant voor gelijkheid en onderling respect. De versterkte samenwerking is gebaseerd op het beginsel van de gekwalificeerde meerderheid en niet op het unanimiteitsbeginsel. Deze situatie kan leiden tot onhoudbare spanningen. De besluitvorming wordt immers in handen gelegd van één enkel dominerend land. Het beginsel van de gekwalificeerde meerderheid is dus weliswaar niet op 35 lidstaten toe te passen, maar wel op twee of drie. De "wonderoplossing" blijkt een dubbele bron van spanningen te zijn, die de Europese samenwerking ernstig kan aantasten. Wij verzetten ons dus tegen de versterkte samenwerking, die gevaarlijke spanningen teweeg kan brengen. Daarom zijn wij voorstander van gedifferentieerde samenwerkingsvormen die door soevereine staten onderling worden aangeknoopt. Deze staten moeten dus vrij zijn om naar eigen goeddunken overeenkomsten te sluiten, voor zover deze de fundamentele belangen van hun partners niet schaden. ***"@nl sorted by label
Subject | Predicate |
---|---|
lp_eu:2000-07-06-Speech-4-170 | lpv:translated text |
lp_eu:2000-07-06-Speech-4-170 | lpv:translated text |