Local view for "http://purl.org/linkedpolitics/eu/plenary/2000-11-16-Speech-4-144"
| Predicate | Value (sorted: default) |
|---|---|
| rdf:type | |
| dcterms:Date | |
| dcterms:Is Part Of | |
| dcterms:Language | |
| lpv:document identification number |
"en.20001116.8.4-144"4
|
| lpv:hasSubsequent | |
| lpv:speaker | |
| lpv:spoken text |
"Voorzitter, het is verleidelijk om de recente politieke gebeurtenissen in Ivoorkust voor te stellen als een overwinning van de democratie op de dictatuur, als een herhaling van het Belgrado-scenario maar dit keer in het hart van West-Afrika. Het is verleidelijk maar het is fout. Want de werkelijkheid is heel wat complexer en de positie van de nieuwe president heel wat meer omstreden. Dat juntaleider Gueï niet is geslaagd in zijn opzet om via vervalste verkiezingen zijn macht te legitimeren is zonder meer een goede zaak.
De Europese Unie en ook dit Parlement hebben daar een belangrijke bijdrage toe geleverd door te eisen dat er democratische verkiezingen zouden komen en door de schorsingprocedure in te zetten. Maar dat verschaft Laurent Gbagdo die de verkiezingen heeft gewonnen nog niet de nodige legitimiteit. Ook hij heeft immers de nationalistische kaart getrokken. Ook hij heeft de grondwetswijziging gesteund, bedoeld om zijn belangrijkste tegenstrever Watara uit te schakelen op grond van het feit dat zijn ouders niet beiden Ivoriaan zijn.
Die wet had tot gevolg dat de traditionele etnische harmonie in Ivoorkust ernstig werd verstoord. Mensen van buitenlandse origine, en het betreft hier toch eenderde tot de helft van de bevolking, zijn sindsdien het voorwerp van discriminatie en zelfs van aanvallen. De wet had ook tot gevolg dat de aanhangers van Watara, vooral moslims uit het noorden van dat land, met succes de verkiezingen hebben geboycot waardoor de opkomst niet hoger was dan 40%, te weinig om de nieuwe president een geloofwaardig mandaat te geven.
Toen Watara's aanhangers de straat opgingen om nieuwe verkiezingen te eisen werd hun protest met geweld neergeslagen. Moslimwijken in de hoofdstad werden aangevallen. Er vielen minstens 170 doden en 350 gewonden. Uit angst voor een burgeroorlog legde Watara zich neer bij de uitslag.
Het zou niet onlogisch zijn, indien de Europese Unie vandaag nieuwe presidentsverkiezingen zou eisen waaraan dit keer alle kandidaten zouden kunnen deelnemen. Maar ik erken dat er een aantal redenen zijn om dat niet te doen. Ten eerste zou dit de pogingen ondermijnen van de nieuwe president om de nationale eenheid en verzoening te herstellen. In het kader daarvan heeft hij trouwens zijn tegenstanders verscheidene ministersposten aangeboden en 9 november uitgeroepen tot een dag van nationale rouw.
Anderzijds hebben alle partijen zich inmiddels bereid verklaard om mee te werken aan het herstel van de rechtsstaat en de vrede. Dit moet uitmonden, zoals sommige collega's hier al hebben gezegd, in de parlementsverkiezingen van 10 december waaraan àlle partijen moeten kunnen deelnemen. Ik geloof niet dat het aan Europa is om olie op het vuur te gieten en de spanningen verder aan te wakkeren als er onder de betrokkenen blijkbaar een bereidheid tot verzoening is.
Maar de echte test voor Gbagdo komt er op 10 december. Wij kunnen er alleen op toezien dat dit vrije en vreedzame verkiezingen worden en hopen dat de nieuwe regering van Ivoorkust de brede democratische basis heeft, die nodig is om de etnische harmonie te herstellen en dit land uit het economisch slop te helpen."@nl2
|
| lpv:spokenAs | |
| lpv:translated text |
"Hr. formand, det er fristende at betragte de nylige politiske begivenheder i Elfenbenskysten som demokratiets sejr over diktaturet, som en gentagelse af Beograd-scenariet, men denne gang i Vestafrikas hjerte. Det er fristende, men forkert. For virkeligheden er meget mere kompleks, og den nye præsidents stilling er meget mere omstridt. At det ikke er lykkedes for juntalederen Guéi at lovliggøre sin magt gennem valgsvindel, er godt.
Unionen og Parlamentet har ydet et vigtigt bidrag ved at kræve et demokratisk valg og sætte suspensionsproceduren i gang. Men det giver endnu ikke Laurent Gbagdo, som vandt valget, det nødvendige lovmæssige grundlag. Han har også lagt de nationalistiske kort på bordet. Han støttede endvidere grundlovsændringen for at udelukke sin vigtigste modstander Watara, fordi en af dennes forældre ikke kommer fra Elfenbenskysten.
Denne lov medførte, at den traditionelle etniske harmoni i Elfenbenskysten blev ødelagt. Mennesker af udenlandsk oprindelse, og det vedrører en tredjedel til halvdelen af befolkningen, blev udsat for forskelsbehandling og angreb. Loven medførte endvidere, at Wataras tilhængere, især muslimer fra den nordlige del af landet, med succes boykottede valget, hvorved deltagelsen ikke var højere end 40%, hvilket var for lidt til at give den nye præsident et troværdigt mandat.
Da Wataras tilhængere demonstrerede for et nyt valg, blev deres protest slået ned med vold. Muslimske kvarterer i hovedstaden blev angrebet. Det resulterede i mindst 170 døde og 350 sårede. Af angst for en borgerkrig accepterede Watara resultatet.
Det ville ikke være ulogisk, hvis EU i dag kræver et nyt præsidentvalg, som alle kandidater kan deltage i. Jeg erkender imidlertid, at der er grunde til ikke at gøre det. For det første underminerer det den nye præsidents forsøg på at genoprette den nationale enhed og forsoning. Inden for disse rammer har han i øvrigt tilbudt sine modstandere forskellige ministerposter og udpeget den 9. november som national sørgedag.
På den anden side er alle parter i mellemtiden villige til at samarbejde om genoprettelsen af retsstaten og freden. Det skal, som et par kolleger allerede har sagt, resultere i parlamentsvalget den 10. december, hvor alle partier skal kunne deltage. Jeg mener ikke, at det er op til Europa at hælde benzin på bålet og få spændingerne til at blusse yderligere op, når de involverede åbenbart er villige til forsoning.
Den rigtige prøve for Gbagdo kommer den 10. december. Vi kan kun overvåge, at det bliver et frit og fredeligt valg, og håbe, at den nye regering i Elfenbenskysten har et bredt demokratisk grundlag, som er nødvendigt for at genoprette den etniske harmoni og få landet ud af den økonomiske blindgyde."@da1
"Herr Präsident! Es ist verführerisch, die jüngsten politischen Ereignisse in der Republik Elfenbeinküste als einen Sieg der Demokratie über die Diktatur, als eine Wiederholung des Belgrad-Szenarios, aber dieses Mal im Herzen Westafrikas, darzustellen. Es ist verführerisch, aber es ist falsch. Denn die Wirklichkeit ist weitaus komplexer und die Position des neuen Präsidenten weitaus umstrittener. Dass es Juntaführer Gueï nicht gelungen ist, durch Wahlfälschung seine Macht zu legitimieren, ist natürlich zu begrüßen.
Die Europäische Union und auch dieses Parlament haben einen wichtigen Beitrag dazu geliefert, indem sie demokratische Wahlen forderten und das Aussetzungsverfahren einsetzten. Das verschafft Laurent Gbagbo, dem Wahlsieger, jedoch noch nicht die erforderliche Legitimität. Auch er hat nämlich die nationalistische Karte gezogen. Auch er hat die Grundgesetzänderung unterstützt in der Absicht, seinen größten Widersacher Ouattara aufgrund der Tatsache, dass nicht seine beiden Eltern Ivorer sind, auszuschalten.
Dieses Gesetz hatte zur Folge, dass die traditionelle ethnische Harmonie in der Republik Elfenbeinküste ernsthaft gestört wurde. Menschen ausländischer Herkunft, die immerhin ein Drittel bis die Hälfte der Bevölkerung ausmachen, sind seitdem das Opfer von Diskriminierung und sogar von Überfällen. Das Gesetz hat auch bewirkt, dass die Anhänger von Ouattara, vor allem Moslems aus dem Norden des Landes, die Wahlen mit Erfolg boykottiert haben, wodurch die Wahlbeteiligung nicht über 40 % lag, zu wenig, um dem neuen Präsidenten ein glaubwürdiges Mandat zu erteilen.
Als Ouattaras Anhänger auf die Straße gingen, um Neuwahlen zu fordern, wurde ihr Protest gewaltsam niedergeschlagen. Moslemische Stadtviertel in der Hauptstadt wurden überfallen. Es gab mindestens 170 Tote und 350 Verletzte. Aus Angst vor einem Bürgerkrieg beugte sich Ouattara dem Wahlergebnis.
Es wäre nicht unlogisch, wenn die Europäische Union heute neue Präsidentschaftswahlen forderte, an der dieses Mal alle Kandidaten teilnehmen könnten. Aber ich gebe zu, dass es eine Reihe von Gründen gibt, dies nicht zu tun. Erstens würde dies die Versuche des neuen Präsidenten konterkarieren, die nationale Einheit und Versöhnung wieder herzustellen. Im Rahmen dieser Bemühungen hat er übrigens seinen Gegnern verschiedene Ministerposten angeboten und den 9. November zum nationalen Trauertag erklärt.
Andererseits haben sich alle Parteien inzwischen bereit erklärt, an der Wiederherstellung der Rechtsstaatlichkeit und des Friedens mitzuwirken. Das soll, wie manche Kolleginnen und Kollegen hier bereits ausgeführt haben, in die Parlamentswahlen am 10. Dezember münden, an denen teilzunehmen allen Parteien möglich sein muss. Ich glaube nicht, dass es Europa zukommt, Öl ins Feuer zu gießen und die Spannungen weiter anzufachen, wenn unter den Beteiligten offenbar die Bereitschaft zur Versöhnung besteht.
Der wahre Test für Gbagbo kommt jedoch am 10. Dezember. Wir können nur darauf achten, dass dies freie und friedliche Wahlen werden, und hoffen, dass die neue Regierung der Elfenbeinküste die breite demokratische Basis hat, die erforderlich ist, um die ethnische Harmonie wiederherzustellen und diesem Land aus der wirtschaftlichen Sackgasse herauszuhelfen."@de7
"Κύριε Πρόεδρε, υπάρχει η τάση να χαρακτηριστούν οι πρόσφατες πολιτικές εξελίξεις στην Ακτή του Ελεφαντοστού ως νίκη της δημοκρατίας επί της δικτατορίας, ως επανάληψη αυτών που συνέβησαν στο Βελιγράδι αλλά αυτή τη φορά στην καρδιά της Δυτικής Αφρικής. Αυτό όμως θα ήταν λάθος. Γιατί η πραγματικότητα είναι πολύ πιο περίπλοκη και η θέση του νέου Προέδρου πολύ πιο αμφιλεγόμενη. Οπωσδήποτε, είναι καλό που ο ηγέτης της Χούντας Gueï δεν κατόρθωσε να νομιμοποιηθεί στην εξουσία νοθεύοντας τις εκλογές.
Στην επιτυχία αυτή συνέβαλε σημαντικά και η Ευρωπαϊκή Ένωση αλλά και το Κοινοβούλιο με την απαίτηση που πρόβαλε να διεξαχθούν δημοκρατικές εκλογές και με την εφαρμογή της διαδικασίας αναστολής. Αυτό όμως δεν προσφέρει στον Laurent Gbagdo, ο οποίος νίκησε στις εκλογές, τη νομιμότητα που χρειάζεται. Όντως, και αυτός έδειξε σαφείς εθνικιστικές τάσεις. Επίσης, υποστήριξε την τροποποίηση του Συντάγματος με στόχο να εξουδετερώσει τον σημαντικότερο αντίπαλό του Watara με το επιχείρημα ότι οι γονείς του δεν ήταν και οι δύο από την Ακτή του Ελεφαντοστού.
Ο νόμος αυτός διατάραξε σε μεγάλο βαθμό την παραδοσιακή εθνική αρμονία που επικρατούσε στην Ακτή του Ελεφαντοστού. Από τότε, οι κάτοικοι της χώρας με ξένη καταγωγή, και πρόκειται εδώ για το ένα τρίτο έως το ήμισυ του πληθυσμού, υφίστανται διακρίσεις και ακόμη και επιθέσεις. Επιπλέον, ο νόμος αυτός είχε ως αποτέλεσμα να μπορέσουν οι οπαδοί του Watara, οι οποίοι κατά κύριο λόγο είναι μουσουλμάνοι από το βόρειο τμήμα της χώρας, να μποϊκοτάρουν με επιτυχία τις εκλογές, με αποτέλεσμα το ποσοστό προσέλευσης να μην υπερβαίνει το 40%, ποσοστό πολύ χαμηλό για να στηρίξει την αξιοπιστία της εντολής του νέου Προέδρου.
Όταν οι οπαδοί του Watara βγήκαν στους δρόμους για να απαιτήσουν την επανάληψη των εκλογών, οι διαμαρτυρίες τους αντιμετωπίστηκαν με βία. Πραγματοποιήθηκαν επιθέσεις σε μουσουλμανικές συνοικίες της πρωτεύουσας. Είχαμε τουλάχιστον 170 νεκρούς και 350 τραυματίες. Φοβούμενος ότι θα ξεσπάσει εμφύλιος πόλεμος, ο Watara υπέκυψε στο αποτέλεσμα.
Δεν θα ήταν παράλογο να απαιτήσει σήμερα η Ευρωπαϊκή Ένωση την επανάληψη των προεδρικών εκλογών με τη συμμετοχή όλων των υποψηφίων. Αναγνωρίζω όμως ότι υπάρχουν ορισμένοι λόγοι για να μη γίνει αυτό. Κατά πρώτον, θα υπονομεύονταν οι προσπάθειες που καταβάλλει ο νέος Πρόεδρος για να αποκαταστήσει την εθνική ενότητα και να επιτύχει τη συμφιλίωση. Στα πλαίσια της προσπάθειας αυτής πρόσφερε, παρεμπιπτόντως, διάφορα υπουργεία στους αντιπάλους του και ανακήρυξε την 9η Νοεμβρίου σε ημέρα εθνικού πένθους.
Επίσης, όλες οι πλευρές δήλωσαν ότι είναι διατεθειμένες να συνεργαστούν για την αποκατάσταση του κράτους δικαίου και της ειρήνης. Όπως είπαν ήδη και ορισμένοι άλλοι συνάδελφοι, αυτό πρέπει να οδηγήσει στις βουλευτικές εκλογές της 10ης Δεκεμβρίου στις οποίες πρέπει να μπορούν να συμμετάσχουν όλα τα κόμματα. Δεν νομίζω ότι η Ευρώπη πρέπει να ρίξει λάδι στη φωτιά και να αναζωπυρώσει τις εντάσεις τη στιγμή που οι αμέσως εμπλεκόμενοι είναι προφανώς διατεθειμένοι να συμφιλιωθούν.
Ωστόσο, ο Gbagdo θα δοκιμαστεί πραγματικά στις 10 Δεκεμβρίου. Το μόνο που μπορούμε να κάνουμε εμείς είναι να κοιτάξουμε αν οι εκλογές θα είναι ελεύθερες και ειρηνικές και να ελπίζουμε ότι η νέα κυβέρνηση της Ακτής του Ελεφαντοστού θα έχει την πλατιά δημοκρατική βάση που χρειάζεται για να αποκατασταθεί η εθνική αρμονία και να αποτελματωθεί η οικονομία της χώρας."@el8
"Mr President, it is tempting to present the recent political events in Côte d’Ivoire as the victory of democracy over dictatorship, as a repeat performance of the Belgrade scenario, but this time taking place in the heart of West Africa. It is tempting, but it would be wrong, because the reality is rather more complex and the position of the new president is quite a lot more controversial. Naturally we welcome the fact that junta leader Gueï failed in his scheme to legitimise his power through sham elections.
The European Union, and also this Parliament, made an important contribution to this by demanding that democratic elections take place and instituting the suspension procedure. But that still does not give Laurence Gbagdo, who won the elections, the legitimacy he needs. After all, he drew the nationalist card too. He also supported the amendment to the constitution, with the intention of cutting out his most significant opponent, Watara, on the grounds that one of his parents is not an Ivoirian national.
This law led to the serious disruption of traditional ethnic harmony in Côte d’Ivoire. Since it came into force, people of foreign extraction, and in fact we are talking in terms of a third to half of the population, have been the object of discrimination and even of attacks. Another consequence of the law was that Watara’s supporters, particularly Muslims from the north of the country, managed to successfully boycott the elections, which meant that the turnout was no higher than 40%, i.e. too low to give the new president a credible mandate.
When Watara’s supporters took to the streets in order to demand new elections their protest was put down using violent means. Muslim quarters in the city were attacked. At least 170 people died and 350 were wounded. Fearing a civil war, Watara reconciled himself to the result.
It would not be illogical for the European Union to immediately demand new presidential elections, in which all candidates would be able to participate this time round. But I recognise that there are a number of reasons for not doing so. Firstly, it would undermine the new president’s attempts to restore national unity and reconciliation. After all, against this background, he offered his opponents various ministerial posts and declared 9 November a national day of mourning.
Conversely, all the parties have now declared themselves willing to help to restore the constitutional state and peace. As some delegates have already said, this must inevitably lead to the parliamentary elections on 10 December, which
parties must be able to take part in. I do not believe it is for Europe to add fuel to the fire and stir up tensions even more when those concerned are evidently willing to engage in reconciliation.
But the real test for Gbagdo will be on 10 December. All we can do is ensure that these are free and peaceful elections, and hope that the new Ivoirian government has a broad democratic basis. This is what is needed to restore ethnic harmony and help this country out of its economic morass."@en3
"(NL) Señor Presidente, resulta tentador presentar los recientes acontecimientos de Costa de Marfil como un triunfo de la democracia frente a la dictadura, como una repetición del modelo de Belgrado, pero esta vez en el corazón de África Occidental. Resulta tentador, pero es falso. La realidad es mucho más compleja y la posición del nuevo Presidente mucho más controvertida. El hecho de que el dirigente de la junta, Gueï, no haya logrado legitimar su poder mediante unas elecciones fraudulentas constituye, sin más, algo positivo.
La Unión Europea, y también este Parlamento, han contribuido de forma importante a ello al exigir que se celebraran elecciones democráticas y al poner en marcha el procedimiento de suspensión. No obstante, eso no proporciona a Laurent Gbagdo, que ha ganado las elecciones, la legitimidad suficiente. Al fin y al cabo, también él ha jugado la baza nacionalista. También él ha apoyado la suspensión de la constitución, con la intención de eliminar a su máximo oponente, Watara, basándose en que sus padres no eran ambos marfileños.
Esa ley ha dado lugar a que la tradicional armonía étnica de Costa de Marfil se viera seriamente alterada. Las personas de origen extranjero, y esto tal vez afecta desde un tercio hasta a la mitad de la población, es desde entonces objeto de discriminación e incluso de ataques. La ley también ha dado lugar a que los partidarios de Watara, sobre todo musulmanes del norte del país, hayan boicoteado con éxito las elecciones, en las que la participación no superó el 40%, demasiado baja como para que el mandato del nuevo Presidente resulte creíble.
Cuando los partidarios de Watara salieron a la calle para exigir la celebración de nuevas elecciones, sus protestas fueron reprimidas con violencia. Los barrios musulmanes de la capital fueron atacados. Hubo al menos 170 muertos y 350 heridos. El miedo a una guerra civil hizo que Watara aceptara el resultado.
No sería ilógico que la Unión Europea exigiera hoy la celebración de nuevas elecciones presidenciales en las que pudieran participar, esta vez, todos los candidatos. No obstante, reconozco que existen algunas razones para no hacerlo. En primer lugar, esto menoscabaría los esfuerzos efectuados por el nuevo Presidente a fin de restablecer la unidad nacional y lograr la reconciliación. Para conseguirlo, ha ofrecido, además, distintos puestos ministeriales a sus opositores y ha declarado el 9 de noviembre día de duelo nacional.
Por otra parte, todos los partidos se han declarado, entre tanto, dispuestos a colaborar en el restablecimiento del Estado de Derecho y la paz. Esto debe desembocar, tal como algunos colegas ya han dicho, en las elecciones parlamentarias de 10 de diciembre, en las que todos los partidos deben poder participar. No creo que Europa deba añadir leña al fuego y avivar más las tensiones cuando, aparentemente, los implicados están dispuestos a reconciliarse.
No obstante, la verdadera prueba para Gbagdo tendrá lugar el 10 de diciembre. Tan sólo podemos velar por que éstas sean unas elecciones libres y pacíficas, y esperamos que el nuevo Gobierno de Costa de Marfil tenga una amplia base democrática, necesaria para restablecer la armonía étnica y ayudar a que el país supere las dificultades económicas."@es12
"Arvoisa puhemies, olisi houkuttelevaa kuvitella Norsunluurannikon äskeiset poliittiset tapahtumat demokratian voittona diktatuurista, Belgradin tapahtumien toistumisena, mutta tällä kertaa Länsi-Afrikan sydämessä. Se olisi houkuttelevaa mutta väärin. Sillä todellisuus on paljon monimutkaisempi, ja uuden presidentin asema on paljon kiistanalaisempi. On ilman muuta hyvä asia, että junttajohtaja Gueï ei onnistunut aikeessaan laillistaa valtaansa väärennetyissä vaaleissa.
Euroopan unionilla ja myös parlamentilla on ollut tärkeä osuus niiden vaatiessa demokraattisten vaalien järjestämistä ja panostaessa virastapidätysmenettelyyn. Mutta se ei anna vaalit voittaneelle Laurent Gbagbolle vielä tarvittavaa legitimiteettiä. Hänkin on käyttänyt hyväkseen nationalistisia keinoja. Hänkin on tukenut perustuslain uudistamista, jonka tarkoituksena oli sulkea pois hänen tärkein vastustajansa Watara sen perusteella, että hänen molemmat vanhempansa eivät ole norsunluurannikkolaisia.
Tästä laista seurasi, että Norsunluurannikon perinteinen etninen sopu häiriytyi vakavasti. Siitä lähtien ulkomaista syntyperää olevat ihmiset, sentään kolmannes tai puolet väestöstä, ovat joutuneet syrjinnän ja jopa hyökkäysten kohteeksi. Laista seurasi myös, että Wataran kannattajat, etenkin muslimit maan pohjoisosissa, boikotoivat vaaleja menestyksekkäästi, minkä takia äänestysprosentti oli vain 40, liian alhainen antamaan uudelle presidentille uskottavaa mandaattia.
Kun Wataran kannattajat menivät kaduille vaatimaan uusia vaaleja, heidän mielenosoituksensa nujerrettiin väkivaltaisesti. Pääkaupungin muslimialueille hyökättiin. Ainakin 170 ihmistä sai surmansa ja 350 haavoittui. Watara alistui vaalitulokseen sisällissodan pelosta.
Ei olisi aivan epäjohdonmukaista, jos Euroopan unioni vaatisi tänään uusia presidentinvaaleja, joihin kaikki ehdokkaat voisivat tällä kertaa osallistua. Mutta myönnän, että on monia syitä olla tekemättä niin. Ensinnäkin se heikentäisi uuden presidentin pyrkimyksiä palauttaa kansallinen eheys ja sovinto. Sen puitteissa hän on muuten tarjonnut vastustajilleen erilaisia ministerinvirkoja ja nimittänyt marraskuun 9. päivän kansalliseksi surupäiväksi.
Toisaalta kaikki osapuolet ovat tähän mennessä ilmoittaneet haluavansa omasta puolestaan tehdä työtä oikeusvaltion ja rauhan palauttamiseksi. Sen pitää johtaa 10. joulukuuta sellaisiin parlamenttivaaleihin, joihin kaikki osapuolet voivat osallistua, kuten jotkut kollegat täällä jo sanoivatkin. En usko, että on Euroopan asia valaa öljyä liekeille ja lietsoa jännitystä vielä enemmän, kun asianomaisten keskuudessa on ilmeisesti valmiutta sovintoon.
Gbagbon todellinen koe on kuitenkin 10. joulukuuta. Me voimme ainoastaan katsoa, että vaaleista tulee vapaat ja rauhalliset, ja toivoa, että Norsunluurannikon uudella hallituksella on laaja demokraattinen perusta, jota tarvitaan etnisen sovun palauttamisessa ja maan auttamisessa ulos taloudellisesta umpikujasta."@fi5
"Monsieur le Président, il est tentant de présenter les récents événements politiques en Côte-d’Ivoire comme une victoire de la démocratie sur la dictature, comme une répétition du scénario de Belgrade, mais cette fois au cœur de l’Afrique occidentale. C’est tentant, mais c’est faux. Car la réalité est bien plus complexe et la position du nouveau président beaucoup plus controversée. Le fait que le chef de la junte, Gueï, ne soit pas parvenu à mener à bien son intention de légitimer son pouvoir par le biais d’élections truquées est un point positif, sans plus.
L’Union européenne et ce Parlement également y ont apporté une importante contribution, en exigeant que des élections démocratiques soient organisées et en instaurant la procédure de suspension. Mais cela ne procure pas encore la légitimité nécessaire à Laurent Gbagdo, qui a remporté les élections. Lui aussi a en effet joué la carte du nationalisme. Lui aussi a soutenu la révision de la constitution, destinée à exclure son principal opposant, Watara, en raison du fait que ses parents n’étaient pas tous deux ivoiriens.
Cette loi a sérieusement bousculé l’harmonie ethnique traditionnelle en Côte-d’Ivoire. Les gens d’origine étrangère, et il s’agit ici environ d’un tiers à la moitié de la population, font depuis lors l’objet de discriminations et même d’attaques. La loi a également amené les partisans de Watara, principalement des musulmans du nord du pays, à boycotter les élections avec succès, la participation au scrutin ne dépassant donc pas les 40 %, trop peu pour conférer au nouveau président un mandat crédible.
Lorsque les partisans de Watara descendirent dans la rue pour réclamer de nouvelles élections, leurs protestations ont été violemment réprimées. Des quartiers musulmans de la capitale ont été attaqués. Il y a eu au moins 170 morts et 350 blessés. Par crainte d’une guerre civile, Watara s’est incliné face au résultat.
Il ne serait pas illogique que l’Union européenne exige aujourd’hui de nouvelles élections présidentielles auxquelles tous les candidats pourraient cette fois participer. Mais j’admets qu’il existe certaines raisons pour ne pas le faire. Premièrement, cela anéantirait les tentatives du nouveau président de restaurer l’unité et la réconciliation nationales. Dans ce cadre, il a d’ailleurs proposé divers postes de ministre à ses opposants et a décrété une journée de deuil national le 9 novembre.
D’autre part, toutes les parties se sont entre-temps déclarées prêtes à collaborer au rétablissement de l’État de droit et de la paix. Cela doit déboucher, comme l’ont déjà dit ici certains collègues, sur les élections législatives du 10 décembre, auxquelles tous les partis doivent pouvoir participer. Je ne crois pas que l’Europe doive jeter de l’huile sur le feu et continuer à attiser les tensions si les parties concernées se montrent manifestement enclines à la réconciliation.
Mais le véritable test pour Gbagdo viendra le 10 décembre. Nous ne pouvons que veiller à ce que ce scrutin soit libre et pacifique et espérer que le nouveau gouvernement de Côte-d’Ivoire bénéficiera de la vaste base démocratique nécessaire en vue de restaurer l’harmonie ethnique et d’aider ce pays à sortir de l'impasse économique."@fr6
"Signor Presidente, si è davvero tentati di presentare i recenti sviluppi politici in Costa d’Avorio come una vittoria della democrazia sulla dittatura, come una ripetizione dello scenario di Belgrado nel cuore dell’Africa occidentale. E' una tentazione, ma sarebbe un errore. La realtà, infatti, è molto più complessa e la posizione del nuovo Presidente è molto più contestata. E' senza dubbio buona cosa che il
della giunta Gueï non sia riuscito nel suo intento di ottenere una legittimazione tramite elezioni fasulle.
L’Unione europea e questo Parlamento hanno contribuito in modo decisivo agli eventi chiedendo che fossero indette elezioni democratiche e applicando la procedura di sospensione. Non per questo però può considerarsi legittimata la vittoria elettorale di Laurent Gbagbo. Come è noto, anche il nuovo Presidente ha fatto parte della compagine nazionalistica. Anche il nuovo Presidente ha appoggiato la modifica della Costituzione che consentiva di escludere la candidatura del suo principale oppositore Watara in quanto figlio di cittadini non nativi della Costa d’Avorio.
In seguito all’introduzione di questa legge, la tradizionale armonia etnica del paese è stata gravemente disturbata. I cittadini stranieri – circa un terzo, la metà della popolazione – sono divenuti da allora il bersaglio di comportamenti discriminatori e persino di violenze. Un’ulteriore conseguenza di questa legge è stata il boicottaggio delle elezioni messo in atto con successo dai sostenitori di Watara, soprattutto mussulmani residenti nel nord del paese. L’affluenza alle urne non ha dunque superato il 40 per cento, una soglia troppo bassa per conferire un mandato credibile al nuovo Presidente.
Quando i sostenitori di Watara sono scesi in piazza per chiedere nuove elezioni, la loro protesta è stata soffocata con la violenza. I quartieri mussulmani nella capitale sono stati attaccati. Si sono contati 170 morti e 350 feriti. Temendo lo scoppio di una guerra civile, Watara ha dichiarato di accettare l’esito elettorale.
Non sarebbe illogico da parte dell’Unione europea chiedere che siano indette nuove elezioni presidenziali con la partecipazione di tutti i candidati. Riconosco tuttavia che esistono diverse ragioni per non farlo. Innanzitutto, una simile richiesta pregiudicherebbe i tentativi del nuovo Presidente di ripristinare l’unità nazionale e la riconciliazione. Proprio in quest’ottica, egli ha offerto ai suoi oppositori diversi incarichi ministeriali e il 9 novembre ha proclamato una giornata di lutto nazionale.
D’altro canto, tutti i partiti nel frattempo hanno dichiarato di essere disposti a collaborare al ripristino dello Stato di diritto e della pace. Come hanno ricordato alcuni onorevoli colleghi, questo processo deve sfociare nelle elezioni parlamentari del 10 dicembre, alle quali devono poter partecipare tutti i partiti politici. Non credo spetti all’Europa gettare benzina sul fuoco ed esacerbare le tensioni quando le parti interessate sono chiaramente disposte a procedere verso una riconciliazione.
Tuttavia, il vero banco di prova per Gbagbo sarà il 10 dicembre. A noi spetta soltanto il compito di vegliare affinché queste siano elezioni libere e pacifiche sperando che il nuovo governo della Costa d’Avorio possa contare su quella ampia base democratica che è necessaria per ripristinare l’armonia fra le diverse etnie e risollevare il paese dalla crisi economica."@it9
"Mr President, it is tempting to present the recent political events in Côte d’Ivoire as the victory of democracy over dictatorship, as a repeat performance of the Belgrade scenario, but this time taking place in the heart of West Africa. It is tempting, but it would be wrong, because the reality is rather more complex and the position of the new president is quite a lot more controversial. Naturally we welcome the fact that junta leader Gueï failed in his scheme to legitimise his power through sham elections.
The European Union, and also this Parliament, made an important contribution to this by demanding that democratic elections take place and instituting the suspension procedure. But that still does not give Laurence Gbagdo, who won the elections, the legitimacy he needs. After all, he drew the nationalist card too. He also supported the amendment to the constitution, with the intention of cutting out his most significant opponent, Watara, on the grounds that one of his parents is not an Ivoirian national.
This law led to the serious disruption of traditional ethnic harmony in Côte d’Ivoire. Since it came into force, people of foreign extraction, and in fact we are talking in terms of a third to half of the population, have been the object of discrimination and even of attacks. Another consequence of the law was that Watara’s supporters, particularly Muslims from the north of the country, managed to successfully boycott the elections, which meant that the turnout was no higher than 40%, i.e. too low to give the new president a credible mandate.
When Watara’s supporters took to the streets in order to demand new elections their protest was put down using violent means. Muslim quarters in the city were attacked. At least 170 people died and 350 were wounded. Fearing a civil war, Watara reconciled himself to the result.
It would not be illogical for the European Union to immediately demand new presidential elections, in which all candidates would be able to participate this time round. But I recognise that there are a number of reasons for not doing so. Firstly, it would undermine the new president’s attempts to restore national unity and reconciliation. After all, against this background, he offered his opponents various ministerial posts and declared 9 November a national day of mourning.
Conversely, all the parties have now declared themselves willing to help to restore the constitutional state and peace. As some delegates have already said, this must inevitably lead to the parliamentary elections on 10 December, which
parties must be able to take part in. I do not believe it is for Europe to add fuel to the fire and stir up tensions even more when those concerned are evidently willing to engage in reconciliation.
But the real test for Gbagdo will be on 10 December. All we can do is ensure that these are free and peaceful elections, and hope that the new Ivoirian government has a broad democratic basis. This is what is needed to restore ethnic harmony and help this country out of its economic morass."@lv10
"Senhor Presidente, é tentador imaginar os recentes acontecimentos políticos na Costa do Marfim como uma vitória da democracia sobre a ditadura, como uma repetição do cenário de Belgrado mas, desta feita, no coração da África Ocidental. É realmente tentador, mas é errado, pois a realidade é bastante mais complexa e a posição do novo Presidente é igualmente muito mais controversa. O facto de o chefe da junta militar, Robert Gueï, não ter conseguido levar por diante a intenção de legitimar o seu poder por via de eleições forjadas é, sem dúvida, muito positivo.
A União Europeia e também este Parlamento forneceram um importante contributo nesse sentido, ao exigirem a realização de eleições democráticas e ao accionarem o processo de suspensão. Mas isso não basta ainda para conferir a necessária legitimidade a Laurent Gbagbo, o vencedor das eleições. Com efeito, também ele jogou o trunfo nacionalista. Também ele apoiou a revisão da Constituição no sentido de excluir o seu principal opositor, Ouattara, com base no facto de os pais deste não serem ambos naturais da Costa do Marfim.
Essa lei perturbou gravemente a tradicional harmonia étnica na Costa do Marfim. Desde então, as pessoas de origem estrangeira – e trata-se aqui de um terço a metade da população – foram alvo de discriminação e mesmo de atentados. Essa mesma lei levou também a que os apoiantes de Ouattara, sobretudo muçulmanos oriundos do norte daquele país, tenham boicotado com êxito as eleições, fazendo com que o índice de participação fosse inferior a 40%, o que é insuficiente para conferir um mandato credível ao novo Presidente.
Quando os apoiantes de Ouattara saíram à rua para exigirem novas eleições, o seu protesto foi esmagado com violência. Os bairros muçulmanos da capital foram atacados e caíram pelo menos 170 mortos e 350 feridos. Receando a explosão de uma guerra civil, Ouattara acabou por se conformar com os resultados eleitorais.
Não seria ilógico que a União Europeia exigisse hoje novas eleições presidenciais, nas quais, desta feita, todos os candidatos pudessem participar. No entanto, reconheço que existem alguns motivos para não o fazermos. Em primeiro lugar, isso minaria os esforços do novo Presidente no sentido de repor a unidade e a reconciliação nacionais. Nesse contexto, ele ofereceu aos seus opositores diversos cargos ministeriais e proclamou o dia 9 de Novembro como um dia de luto nacional.
Por outro lado, todos os partidos se declararam entretanto dispostos a contribuir para a reposição da paz e do Estado de direito. Isso deverá conduzir, como alguns colegas já aqui disseram, às eleições legislativas de 10 de Dezembro, nas quais todos os partidos deverão poder tomar parte. Não creio que incumba à Europa atirar achas para a fogueira e aumentar ainda mais as tensões, se entre as partes envolvidas existe, aparentemente, essa vontade de reconciliação.
Mas o verdadeiro teste para Laurent Gbagbo será a 10 de Dezembro. Poderemos apenas verificar que estas eleições são livres e pacíficas e esperar que o novo Governo da Costa do Marfim assente numa ampla base democrática, necessária para repor a harmonia étnica e ajudar aquele país a sair do impasse económico em que se encontra."@pt11
"Herr talman! Det är frestande att presentera de senaste politiska händelserna på Elfenbenskusten som en demokratins seger över diktaturen, som en upprepning av Belgrad-scenariot, men denna gång i hjärtat av Västafrika. Det är lockande, men det är fel. Verkligheten är betydligt mer komplicerad och presidentens ställning är betydligt mer omstridd. Att juntaledaren Gueï inte lyckades i sitt uppsåt att med hjälp av valfusk legitimera sin makt är naturligtvis positivt.
Europeiska unionen och även parlamentet har kommit med ett viktigt bidrag i form av kraven på genomförandet av demokratiska val och genom att införa avstängningsförfaranden. Men detta ger inte Laurent Gbagdo, som vann valet, den legitimitet som krävs. Även han har ju dragit det nationalistiska kortet. Även han stödde ändringen av grundlagen, i syfte att utmanövrera sin viktigaste motståndare Watara på grund av att hans föräldrar inte båda kommer från Elfenbenskusten.
Denna lag fick till följd att den traditionella etniska harmonin på Elfenbenskusten stördes kraftigt. Människor av utländsk härkomst, och detta betyder mellan en tredjedel och hälften av befolkningen, är sedan dess föremål för diskriminering och till och med attacker. Lagen fick också till följd att Wataras anhängare, framför allt muslimer i de norra delarna av landet, framgångsrikt bojkottade valet, vilket ledde till att valdeltagandet inte var högre än 40 procent. Denna siffra är för låg för att ge den nye presidenten ett trovärdigt mandat.
Då Wataras anhängare gick ut på gatorna för att kräva nya val slogs deras protester ner med våld. Muslimska områden i huvudstaden anfölls. Åtminstone 170 personer dödades och 350 skadades. Av rädsla för ett inbördeskrig accepterade Watara resultatet.
Det skulle inte vara ologiskt om Europeiska unionen i dag krävde nya presidentsval, och att denna gång alla kandidater skulle kunna delta. Men jag medger att det finns många skäl att inte göra detta. För det första skulle detta underminera den nye presidentens ansträngningar att återinföra nationell enhet och försoning. I detta syfte har han faktiskt erbjudit sina motståndare olika ministerposter, och utropat den 9 november till en dag av landssorg.
Dessutom har alla partier förklarat sig beredda att medverka till återinförandet av rättsstaten och fred. Som vissa av kollegerna redan har sagt, måste detta resultera i parlamentsvalet den 10 december, och alla partier måste kunna delta. Jag tror inte att det är Europas sak att gjuta olja på elden och öka spänningen ytterligare, då det bakom molnen tycks finnas en vilja att uppnå försoning.
Men det verkliga provet för Gbagdo kommer den 10 december. Vi kan bara se till att detta blir ett fritt och fredligt val, och hoppas att Elfenbenskustens ny regering har den breda demokratiska bas som är nödvändig för att återinföra etnisk harmoni och att hjälpa landet ur den ekonomiska svacka som det nu befinner sig i."@sv13
|
| lpv:unclassifiedMetadata |
"all"10,3
|
Named graphs describing this resource:
The resource appears as object in 2 triples